Babe is een klein biggetje dat opgroeit op een boerderij. Omdat hij geen ouders heeft, voeden de herdershonden hem op. Hierdoor leert Babe op jonge leeftijd al hoe hij schapen in het gareel moet houden. Goed is hij hier echter absoluut niet in, omdat de schapen niet luisteren naar biggen. Toch komt Babe onder de aandacht van boer Hoggett. Deze ziet wel iets in de schaapshoed-kunsten van het jonge varkentje. Vol van overtuiging dat Babe het nieuwe wereldwonder is, schrijft hij hem in voor een schaapshoed-wedstrijd. Iedereen verklaart Hoggett voor gek en op de wedstrijd lijkt dit niet geheel onterecht. De schapen luisteren namelijk voor geen meter naar Babe. Gelukkig heeft het biggetje wat vrienden op de boerderij die voor hem de geheime schapencode regelen. Hierdoor luisteren de schapen voor de volle honderd procent naar Babe en winnen hij en Hoggett de wedstrijd.
Kinderen kunnen hun hart ophalen bij het aanschouwen van deze film. De beelden van het jonge varkentje en de andere boerderijdieren zijn hartverwarmend en vaak vertederend. Daarnaast valt er ook nog het een en ander te leren over echte vriendschappen en wat het betekent om voor elkaar klaar te staan. Ook voor de wat oudere filmkijker valt er echter genoeg te genieten in deze film. Zo is de weergave van menselijke karaktertrekken in de dieren goed gedaan. Elk dier heeft zijn eigen persoonlijkheid en hierdoor zijn eigen specifieke inbreng in de film. Daarnaast is ook de humor van een meer dan acceptabel niveau. Vooral de flauwigheden die de dieren onderling uithalen is hiervoor typerend. Wat pratende dieren op boerderijen betreft komt toch al snel George Orwell's Animal Farm om de hoek kijken. Babe is echter veel meer op jonge kinderen gericht en bedient daarmee een volledig andere doelgroep. Een vergelijking tussen die beide films zal ik dan ook niet trekken. Wel wil ik concluderen dat Babe een lekker niemendalletje is met geinige pratende beestjes.