Fred en Emily dromen ervan om hun burgerlijke leventje te ontvluchten. Deze kans biedt zich aan als ze van een mysterieus familielid een grote erfenis krijgen. Het stelletje besluit van dit geld een wereldreis te gaan maken, die ze onder andere langs Parijs, Marseille, Egypte, Sri Lanka en Singapore voert. Omdat Fred al snel zeeziek wordt, moet Emily proberen zich in haar eentje te vermaken. Ze ontmoet echter Gordon, tot wie ze zich al snel fysiek aangetrokken voelt. Fred krijgt ondertussen -in de spaarzame momenten dat hij niet op bed ligt- de nodige avances van een rijke prinses te verwerken. Het duurt niet lang voordat beiden vallen voor de charmes van hun respectievelijke lievelingen. De liefde blijkt echter van korte duur te zijn. Emily realiseert zich dat ze Fred niet kan verlaten en besluit hierom niet met Gordon samen te gaan wonen. Fred wordt ondertussen belazerd door zijn prinses, die een profiteur blijkt te zijn. Het tweetal besluit hierop terug te reizen naar Engeland. Echter, onderweg zinkt hun boot.
Rich and Strange is weinig typisch Alfred Hitchcock te noemen, voor zover er bij zijn oudere films überhaupt sprake is van een dergelijke typering. Deze film biedt geen suspense en geen misdaad- en thrillerpraktijken. Dit is eerder een avonturenfilm met romantische en komische elementen. Wat dat laatste betreft is het zeker niet zo dat je plat zult liggen van de humor. Eerder is het slapstick in de stijl van Charlie Chaplin, zoals een hoofdrolspeler die zo dronken is dat hij zijn bed niet kan vinden en er telkens naast valt. Ook het avonturengehalte valt zwaar tegen, maar is een kenmerk van de film, vanwege de vele exotische locaties die worden bezocht. Daarin is dan ook meteen een van de weinige positieve punten van deze productie te ontwaren. Zo is het vermakelijk om te zien dat souvenirverkopers in het Midden Oosten in de jaren dertig al net zo irritant en vasthoudend waren als tegenwoordig.
Over de gehele linie is Rich and Strange echter vooral een erg gezapige film die geen enkele richting heeft. Het volledig ontbreken van een fatsoenlijk plot doet je bovendien geen seconde meeleven met de belevenissen van de hoofdrolspelers. Ook de langdurige scènes waarin niet gesproken wordt (als ware dit een stomme film) storen in grote mate. Met deze rolprent heeft Hitchcock bij de verschijning weinig krediet op weten te bouwen en dat doet hij decennia na dato nog steeds niet. Dit is dan ook een vehikel uit zijn ‘magere jaren’, hetgeen er zowel letterlijk als figuurlijk aan af te zien is.