Le petit NicolasDe kleine Nicolaas is een personage dat is geschapen door de tekenaar Sempé en de scenarist René Goscinny (wereldberoemd dankzij Astérix). Er bestaan stripverhalen en geïllustreerde verhalenbundels rond het personage. In 2009 vierde Nicolaas zijn vijftigste verjaardig (zonder een dag ouder te worden!). Ter ere daarvan, werd een verfilming op touw gezet.
Nicolaas groeit op als enig kind in een Frans gezin uit de middenklasse, eind jaren vijftig, begin jaren zestig. Hij leidt een luizenleventje: zijn ouders houden van hem, hij heeft leuke vriendjes, en ook op school gaat alles naar wens: hij is niet de beste leerling van de klas (dat is de gehate Agnan, een brildragend ettertje), maar ook niet de slechtste (dat is Clotaire, maar zijn ouders hebben televisie). Eigenlijk zijn al deze kinderen volmaakt gelukkig, maar ze weten ook allemaal dat er één grote bedreiging is: een baby. Als vader en moeder een kleine krijgen, gaat hun aandacht naar de nieuwkomer, en is het met jouw zoete leventje gedaan. Op een dag vangt Nicolaas op dat er een klein broertje op komst is …
De verhalen van Goscinny geven op droogkomische wijze een raak beeld van de Franse samenleving aan het begin van de moderne tijd. De vader van Nicolas aast op promotie, omdat hij de wensen van zijn gezinsleden niet meer kan bekostigen: zijn vrouw wil steeds nieuwe kleren, zijn zoon zeurt om een televisie. Alles wordt bezien door de ogen van een kind, dat vaak maar half beseft wat er gaande is.
Regisseur Tirard beschikte over een zeer ruim budget om deze vergane wereld op te roepen, en het geld werd goed gebruikt: Via een zeer gestileerde vormgeving worden de karakteristieke interieurs uit die dagen weergegeven, en dankzij een zorgvuldig kostuumontwerp, wanen we ons soms echt in 1960 of daaromtrent (de moeder van Nicolaas ziet er beeldig uit in die afgrijselijke jurken!). Dat is allemaal prima, maar helaas gaat het op sommige andere punten fout. De film wil zó graag grappig zijn, zó graag een vrolijk beeld scheppen, dat sommige scènes leuk beginnen, maar uiteindelijk compleet de mist ingaan. Zo is er een scène waarin de moeder van Nicolas een etentje voorbereid en haar nervositeit tracht te bezweren met een goed glas wijn. Het gevolg is uiteraard dat ze straalbezopen aan tafel verschijnt. Dat klinkt aardig, maar Tirard melkt het idee zo lang uit dat de humor geheel platslaat. Maar er zijn ook geweldige dingen: met name het slot is een voltreffer. Als Nicolaas uiteindelijk gewend is geraakt aan het idee dat hij een klein broertje krijgt, wachten hem achtereenvolgens twee onaangename verrassingen (die ik hier natuurlijk niet ga verklappen) De onevenwichtigheid van de film is ook voelbaar in de casting. Lemercier en Merad (bekend van Bienvenue chez les Cht’is) zijn uitstekend als de ouders van Nicolas, en Kiberlain is werkelijk verrukkelijk als schooljuffrouw, maar enkele nevenrollen zijn volkomen verkeerd gecast. De kinderen zijn schitterend, met name Victor Carles, die voor Clotaire speelt, de sukkel die steeds in de hoek moet staan, maar uitgerekend voor Nicolas werd de verkeerde keuze gemaakt: Maxime Godart oogt als een zoetig ventje, terwijl de Nicolas uit de verhalen juist een beetje een rare snuiter is, het type dat altijd zijn zin wil hebben. Vanwege het geweldige slot, valt de beoordeling uiteindelijk toch nog verrassend positief uit. We zullen maar zeggen: een vrij leuke film voor kleine en grote mensen.
Aanraders in overeenkomstige genres, volgens Boobytrap: |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|
Terug naar vorige pagina | Naar filmoverzicht |