Toen het derde en laatste deel van de Winnetou-trilogie in de bioscopen verscheen, was Winnetou een merknaam geworden, waarrond een hele industrie was ontstaan: verschillende productiemaatschappijen maakten Winnetoufilms, steeds met Pierre Brice in de titelrol, maar vaak met andere personages aan zijn zijde: Old Surehand, Old Firehand ... zo verschenen er in 1965 maar liefst drie Winnetoufilms in de bioscoop, één daarvan was dus Winnetou 3. Teil, om diverse redenen een tamelijk bijzondere aflevering. De productiemaatschappij liet uitlekken dat Winnetou aan het eind zou sterven, en dat gegeven leidde tot een opstand onder fans van de reeks, die de film probeerden tegen te houden.
Aan het begin van Winnetou III maakt het opperhoofd der Apachen zich zorgen over het voortbestaan van zijn stam. De blanke beschaving rukt steeds verder op en de indianen worden verdreven of vallen ten prooi aan de verlokkingen van het zogenaamde “vuurwater”. Samen met Old Shatterhand gaat hij op bezoek bij de gouverneur in Santa Fé om de problemen te bespreken. De gouverneur is van goede wil maar de schurk Rollins gooit roet in het eten. Via een list lokt hij een stammenoorlog uit en als Winnetou tussenbeide tracht te komen, wordt hij getroffen door een kogel uit het geweer van Rollins ... en sterft. De producent had zich niet laten vermurwen door de fans.
De dood van Winnetou was door Karl May beschreven in zijn boeken, maar de films trokken een heel nieuw publiek aan en veel bezoekers, niet alleen kinderen, verlieten huilend de bioscoop. Rik Battaglia, de acteur die de moordenaar speelt, werd bij de première uitgejouwd door de fans en daarna nog maanden door hen lastig gevallen.
Dit slotdeel is beter dan het nogal losjes gestructureerde tweede deel, maar door de doodssymboliek is het een wel erg zwaarmoedige aflevering geworden. Ook de christelijke boodschap die in de boeken sterk aanwezig is, maar in de films meestal werd weggefilterd, steekt hier de kop op: in Santa Fé raakt Winnetou onder de indruk van de kerkklokken en laat vervolgens een preek op de kijkers los. De in Santa Fé gesitueerde scènes, werden opgenomen in het Kroatische stadje Trogir, dat sinds 1997 is opgenomen in het UNESCO werelderfgoed. De prachtige ligging aan de voet van de bergen en de klassieke architectuur van de gebouwen voegen een heel nieuw visueel element toe aan de reeks.