Een vreemdeling (Clint Eastwood) komt in een stadje en knalt vrijwel meteen drie eikels af. "Die kerel moeten we hebben om ons te beschermen", is de algemene opinie. De vreemdeling krijgt carte blanche, wat kort gezegd inhoudt dat iedereen alles moet doen dat hij zegt. Bovendien is alles gratis. Uiteraard gaat de vreemdeling hierop de koning uithangen in het stadje, waarbij hij het stadje en haar inwoners tot in het absurde ridiculiseert. Dit strijkt natuurlijk tegen de haren in van velen, maar ja; er zijn drie boeven op komst en de godvrezende sukkels die het stadje bevolken zijn te incompetent en/of te schijterig om er zelf iets aan te kunnen doen. Enfin, de motieven van de vreemdeling worden duidelijk als blijkt dat hij de vermoorde plaatselijke marshal blijkt te zijn. Niemand herkent hem overigens. Hij kan niet rusten, omdat er geen naam op zijn graf staat. Wat doe je dan als fantoom? Juist, het stadje waar de moord plaats had tot vervelens toe zieken. Met de mede-schuldige inwoners heeft hij namelijk weinig affiniteit. Met de op komst zijnde bad guys, die verantwoordelijk waren voor de moord, overigens ook al niet... Een vergelijking met Django il Bastardo is onvermijdelijk. Het concept van High Plains Drifter is namelijk rechtstreeks gejat van Sergio Garrone's film, die vier jaar eerder werd gemaakt. De films gelijken gelukkig niet als twee druppels water. De coolere van de twee is mijns inziens Django il Bastardo, maar hier staat tegenover dat in High Plains Drifter Clint Eastwood de hoofdrol speelt en niet de zouteloze Anthony Steffen. Qua stompzinnigheid wint Eastwood's versie het op punten. De film slaat eigenlijk helemaal nergens op, doch dit staat het kijkgenot niet in de weg. Per saldo zou ik zeggen dat beiden ongeveer even veel vermaak verschaffen, maar niet bijzonder genoeg zijn om in aanmerking te komen voor een cultstatus.