Blue Hawaii is de eerste van drie films die Elvis Presley draaide op Hawaii. Hij zou een sterke band met de eilandengroep opbouwen en er ook zijn befaamde concert Aloha from Hawaii opnemen, dat via satelliet over de hele wereld werdverspreid, en alle bestaande kijkcijferrecords verpulverde.
Er zitten zowaar een paar autobiografische trekjes in het scenario. Elvis speelt een soldaat die na zijn militaire dienst in Europa terugkeert naar zijn geboortegrond, in dit geval Hawaii. Hij wordt opgewacht door zij jaloerse verloofde en zijn bezitterige moeder. Eenmaal terug op het oude nest, besluit hij de toeristenindustrie een steuntje in de rug te bezorgen, door als gids te gaan spelen. Uiteraard wagen alle vrouwelijke toeristen een oogje aan de zongebruinde jongeman. Dit veroorzaakt dan natuurlijk weer jaloerse oprispingen bij zijn verloofde.
Blue Hawaii was eigenlijk het soort film dat Elvis liever niet maakte. Veel liever draaide hij serieuze films met serieuze regisseurs, zoals Flaming Star met Don Siegel. Maar terwijl zijn ‘serieuze’ films flopten, werden zijn musicals geweldige successen. The King stond in 1961 op het hoogtepunt van zijn roem en het publiek zag hem op het witte doek het liefst gewoon als de zanger Elvis. Blue Hawaii levert een blauwdruk voor de films die Elvis in de jaren daarop zou maken: weinig verhaal, veel liedjes, exotische locaties, mooie vrouwen.
Blue Hawaii is een zeer matig werkje, maar Elvis zingt de wereldhit ‘Can’t help falling in Love’ en Joan Blackman is een goede tegenspeeltster. Blackman was een prima actrice en liet zich niet door Elvis intimideren. Ze zou nog één keer aan zijn zijde terugkeren, in Kid Galahad, maar de beide optredens zouden haar carrière geen goed doen: ze is nooit onder het imago van ‘Elvis Girl’ uitgekomen.