Kate Beckinsale speelt een death-dealer , een vampier wiens taak het is weerwolven, zogenaamde lycans , te verdelgen. Ze heeft dit haar missie gemaakt, daar haar familie eeuwen geleden vermoord is door lycans . Tenminste dat is wat de leider van de vampierenclan haar heeft voorgelogen. De vampieren zijn in een duizend jaar lange vete verwikkeld met de lycans . Terwijl de vampierenleider een winterslaapje houdt, rommelt het op organistorisch vlak bij de vampierenbende. De plaatsvervanger is van plan een coupe te plegen, maar weet dat de leider veel sterker is dan hij. Gelukkig wordt er een gast gevonden die een zeer zeldzame bloedgroep heeft. Slechts bij hem is het mogelijk om lycanbloed en dat van vampieren te mengen. Het überbeest dat dan ontstaat kan de vampierenleider verslaan. Onze heldin ruikt echter onraad en maakt de leider wakker. Deze is een beetje pissig en geeft opdracht tot de moord op de voornoemde gast. Laat de hoofdpersoon nu net verliefd worden op deze gast. Bovendien komt ze achter de ware toedracht van de moorden op haar familie... Je begrijpt het al, van het soap-verhaal hoeft deze film het niet te hebben. Een plot dat hier en daar trouwens verdacht veel lijkt op dat van Blade . Ook qua uiterlijk is Underworld weinig origineel en heeft het de mosterd overduidelijk gehaald bij The Matrix . Dat Beckinsale totaal niet overtuigt als stoere vampier mag ook weinig verrassend genoemd worden. Het is dan ook enkel op basis van het entertainment-gehalte dat net toereikend is dat Underworld een krappe voloende verdient.